Kunst zonder (fysieke) drempel.
Iedereen is terug van vakantie en de zomer nadert haar einde. Op de valreep van haar loopduur bezochten we onlangs toch nog het kunstenfestival in Watou (België), een klein dorpje op de grens met Frankrijk. Daar wordt sinds de jaren tachtig elke zomer beeldende kunst en poëzie aan haar publiek getoond. In stallen, huisjes, kelders en kerk. Op straat en in het weiland. Je koopt een ticket en gaat vervolgens op verkenning in het dorp. Het voelt een beetje als een speurtocht waarbij je telkens weer voor verrassingen komt te staan. Vaak aangename.
Het thema van dit jaar was De kracht van mededogen, een onderwerp dat wij ook eerder op het blog aansneden. In Watou werd het publiek gevraagd de kunstenaars 'met mededogen te ontdekken' en ook elkaar met mededogen te bezien. 'Menselijk fatsoen vertrekt vanuit mededogen. We moeten daarom genereuzer naar de wereld kijken. ...//... De wereld is van iedereen. Andere mensen doen ons groeien en veranderen. Empathie verbindt ons met elkaar.'
Installaties, film, interactie, poëzie waar in een houten hoorn naar geluisterd kan worden of waarvan de woorden pas zichtbaar worden na te zijn begieterd met water, er komt veel aan bod. En het mooie is, dat het zo laagdrempelig is. Een enkele keer een fysieke drempel van een staldeur maar vaak geheel drempelloos het weiland in of de straat op. Een eventuele mentale drempel om naar binnen te gaan valt op deze manier ook wel heel makkelijk weg. Laat natuurlijk onverlet dat bij sommige werken alsnog wel een drempel bestaat als je het hebt over het 'begrijpen' van dat werk. Maar goed, dat is inherent aan kunst en daar ontkom je niet altijd aan. Maar verder, hier in Watou rommel je een beetje aan met de gieter, luier je op je gemak in de hoorn en in de hoeve ga je er eens rustig voor zitten. Je doet aan pick&choose, kiest uit wat je aanspreekt en waar je niet naar binnen wilt, sla je over.
En dan ineens, komt er iets voorbij dat inslaat. Een moment waarop alles even stil staat. Niet eens omdat je overdonderd bent door het beste werk dat je tot dan toe hebt gezien. Maar omdat iets je om bepaalde redenen raakt en heel dichtbij komt. Daar, zomaar naast het bushokje. En de prullenbak, maar dat terzijde.
En dan, dan ga je weer door. Verder met je tocht. Je doorkruist het dorp en gaat kriskras van links naar rechts. Letterlijk en figuurlijk. Van een wassen beeld van een dakloze Hitler (Roy Villevoye) tot de beeldengroep van Juan Munoz. Geluisterd naar nummers van Patti Smith en gekeken naar de film When Faith Moves Mountains van Francis Alys. Gereflecteerd over migratieproblematiek en gezeten bij de installatie Fake protest songs karaoke van Filip Markiewicz.
Niet alles is even geweldig natuurlijk maar een festival als dit laat wel zien dat kunst niet altijd een speciaal daarvoor gecreëerde of aangewezen ruimte nodig heeft. Kunst kan ook heel goed tot zijn recht komen en bepaalde onderwerpen kunnen ook heel raak aan de kaak gesteld worden in zo'n niet al te 'wonderschoon' dorpje als Watou waar de mensen zelf nogal stug, de waakhonden groot en de herbergbedden klein zijn.
***